Eind november werd na maanden uitstel de coronavoucherbank opgestart. Die omvat 210 miljoen euro. Reisorganisaties kunnen maximaal 80 procent van het bedrag aan uitstaande vouchers lenen en moeten die op vijf jaar terugbetalen aan de overheid tegen een rente van 3 procent. De aanvragen moesten uiterlijk 30 november worden ingediend. Uit een vraag van N-VA-Kamerlid Anneleen Van Bossuyt blijkt nu dat amper 72 leningsaanvragen werden ingediend voor een totaalbedrag van maximum 19 miljoen euro.

Van Bossuyt: “Door de laattijdigheid en het getalm van de regering in dit dossier, zijn de reisorganisatoren uiteindelijk minder geholpen dan de bedoeling was. Was de coronavoucherbank operationeel geweest tegen september, vanaf het moment dat de coronavouchers effectief moesten terugbetaald worden aan de consument, dan had het volle bedrag kunnen aangewend worden om de reissector in deze moeilijke tijden te ondersteunen. Maar nu, door het getalm van de regering, hebben de meeste reisorganisatoren intussen zelf moeten instaan voor de terugbetaling aan de consument, waardoor velen in nog woeliger financieel vaarwater terecht kwamen, en dit in tijden die nog steeds heel moeilijk zijn voor deze zwaar getroffen sector.”

De reisorganisatoren die zelf al voorzagen in een terugbetaling, mogen volgens de huidige regeling namelijk geen beroep meer doen op de coronavoucherbank. De N-VA pleitte daarom eerder al voor een oplossing voor die groep en diende in die zin een amendement in. “Want zij worden nu gestraft omdat zij hun deadlines en verplichtingen t.a.v. de consument wél nakomen.”

De FOD Economie moet alle aanvragen nu nog beoordelen op hun ontvankelijkheid. Mogelijks valt het totaal aantal leningen hierdoor nog lager uit.

Onderwerpen