Europarlementslid Anneleen Van Bossuyt reageert tevreden: “De 100 miljard euro voor onderzoek en innovatie is essentieel voor de economische groei in de EU. Iedere euro die we investeren in Europees onderzoek creëert 11 euro economische meerwaarde. De resultaten zijn niet te onderschatten. Denk maar aan kankertherapieën, de behandeling van hiv of nieuwe supercomputers. Allemaal ontwikkeld met Europese steun.”
Nog nooit was het budget voor onderzoek en innovatie zo groot als nu. Anneleen Van Bossuyt reageert opgetogen, maar is tegelijkertijd ook kritisch: “Europa moet zich minder richten op domeinen zoals landbouw, dat nog steeds een enorme hap uit de begroting neemt.”
Vlaamse universiteiten en instellingen bij grootste ontvangers
Ook voor België zijn deze Europese onderzoeksmiddelen van onschatbare waarde. België ontvangt per inwoner het meeste geld voor onderzoek en innovatie. Dat geld gaat vooral naar Vlaanderen en Brussel. “Onze Vlaamse universiteiten en onderzoeksinstellingen behoren tot de wereldtop. Het is niet verwonderlijk dat de universiteiten van Leuven en Gent de grootste Vlaamse ontvangers zijn, gevolgd door IMEC en het Vlaams Instituut voor Biotechnologie”, zegt Van Bossuyt.
Deelnemers buiten Europese Unie
Voor de Britten wordt de deur op een kier gezet. Onder welke vorm ze kunnen deelnemen aan het onderzoeks- en innovatieprogrammatie eens ze de EU verlaten hebben, maakt deel uit van de onderhandelingen over de brexit. Maar deelnemers van buiten de Europese Unie zijn geen uitzondering. Zo neemt ook Zwitserland deel aan Horizon 2020 en draagt het hiervoor ook bij aan de Europese begroting.
Het Europees Parlement en de Europese ministers van Onderzoek en Innovatie buigen zich de komende maanden over dit voorstel. Het is de bedoeling dat ze voor de verkiezingen van mei 2019 een akkoord bereiken.